Habitats van steekmuggen en knutten (3)
Komen steekmuggen en knutten ook voor in stromende wateren?
Steekmuggen zijn voor hun ontwikkeling afhankelijk van stilstaand water, ze komen niet voor in stromende wateren. De larven en poppen van steekmuggen zijn zeer gevoelig voor stroming en golfslag. Ze worden wanneer waterbeweging optreedt in hun ontwikkeling beperkt. De larven hangen met hun adembuis aan het wateroppervlak. Bij waterbeweging wordt de ademhaling bemoeilijkt. Larven van plantenboorsteekmuggen hebben hier geen last van. Deze groep steekmuggen boort met hun adembuis in het zachte weefsel van een oeverplant en neemt zo zuurstof in.
In grotere oppervlaktewateren met een brede ondiepe oeverzone zal tussen de oevervegetatie nauwelijks stroming of golfslag optreden. In deze delen is de aanwezigheid van predatoren (zoals roofkevers, libellenlarven en amfibieën) een belangrijkere factor die de ontwikkeling van de steekmuggen beperkt.
Knutten komen in allerlei wateren voor. Stroming en golfslag spelen echter een geringe rol ten aanzien van het voorkomen, behalve indien daadwerkelijk sprake is van stroming, omdat ze meestal in het bodemsubstraat leven. De oeverzone is voor veel soorten geschikt.