In open water houden predatoren (zoals vissen, amfibieën, roofkevers, libellenlarven, enz.) de aantallen steekmuggen laag. Maar een dicht begroeide of modderige, brede oveverzone geeft stekende insecten kansen om talrijker te worden. Verlanding van ondiep oppervlaktewater en oeverzone bevordert de ontwikkeling van de habitat voor steekmuggen en knutten. Je kunt zo’n zone vergelijken met een moeras. Tussen de dichte ondergedoken en boven water uitstekende waterplanten vinden larven van steekmuggen veel schuilplaatsen en dus mogelijkheden om aan predatoren te ontsnappen. Ondiepe moerassige watertjes warmen ook sneller op, wat de groeisnelheid van larven van steekmuggen sterk bevordert. In de droog-nat overgangen van oeverzones gedijen knuttenlarven uitstekend, vooral als er veel organisch materiaal aanwezig is. Dus tuinliefhebbers houdt je oever in de gaten en je nachtrust zal niet worden verstoord door gezoem.